9. Paragrafen

Paragraaf Weerstandsvermogen en risicobeheersing

Risicomanagement en weerstandsvermogen

Terug naar navigatie - Risicomanagement en weerstandsvermogen

Op 18 januari 2021 is door het bestuur de Kadernota Integraal Risicomanagement en Weerstandsvermogen 2020 vastgesteld. Risicomanagement omvat alles wat we doen om risico’s, kansen en onzekerheden in beeld te brengen en te beheersen. Risicomanagement moet onze organisatie in staat stellen doelstellingen optimaal te realiseren. Dit impliceert prioriteiten stellen en sommige risico’s bewust accepteren. Daartoe is het noodzakelijk gedetailleerd inzicht te hebben in alle risico’s die samenhangen met alle gemeentelijke activiteiten en processen. De uitdaging is om binnen de organisatie het risicomanagement niet alleen onbewust onderdeel van ons werkproces te laten zijn maar risico’s en kansen en de wijze waarop we daarmee om willen gaan juist ook expliciet en transparant te betrekken bij de realisatie van onze doelen als ook bij bestuurlijke besluitvorming Hierbij is een voortdurende balans tussen de systeemwereld en de leefwereld van groot belang. Hierin is de belangrijkste uitdaging binnen de organisatie dat we deze twee werelden samenbrengen in wat gemeenten doen, hoe zij dat doen en hoe ze hierin omgaan met de samenleving en de kracht van de samenleving en de inwoners benutten. Kortom: Nevenheid waar het kan, overheid waar het moet. Integraal risicomanagement kan hierin bijdragen door het in balans brengen/houden van deze twee werelden en daardoor een verbetering te bewerkstelligen in geprofessionaliseerde sturing en een verbeterde borging en bestendiging van de organisatie te creëren. Met deze kadernota zetten we een belangrijke stap in het versterken van risicomanagement, met als doel het bewust en verantwoord omgaan met risico’s door een open en transparante manier van samenwerken.

 

Integraal risicomanagement is de nieuwe manier van denken over risico’s, kansen en onzekerheden. Het doel van deze integrale aanpak is het vergroten van het risicobewustzijn van organisatie en bestuur, zodat een goede en verantwoorde balans ontstaat tussen risico’s nemen en risico’s beheersen. Het continu organiseren van aandacht voor en het gesprek over risico’s vormt de basis van deze aanpak. Door regelmatig het gesprek te voeren - zowel op ambtelijk als bestuurlijk niveau - over (strategische) risico’s, ontstaat een gezamenlijk beeld. Niet door te zenden, te vertellen en voor te lichten, maar door te delen, te bespreken en de dialoog aan te gaan. De risicodialoog is een open gesprek met als doel het gezamenlijk bepalen van een constructieve risico-aanpak. Het gesprek en de communicatie over risico’s is een essentieel onderdeel van integraal risicomanagement. Transparantie is hierbij het uitgangspunt.

 

Risico's kunnen financiële consequenties met zich meebrengen. De financiële gevolgen van de risico's worden periodiek tijdens de P&C-Cyclus inzichtelijk gemaakt in de paragraaf Weerstandsvermogen en Risicobeheersing. Naast financiële consequenties worden dan ook de impact van imagoschade en de impact op de realisatie van onze organisatiedoelstellingen gewogen.

 

Het weerstandsvermogen kunnen we bepalen door onderstaande stappen te doorlopen:
1. Een inventarisatie van de risico’s (risicoprofiel);
2. Benodigde weerstandscapaciteit;
3. Beschikbare weerstandscapaciteit;
4. Relatie benodigde en beschikbare weerstandscapaciteit.

Risicoprofiel

Terug naar navigatie - Risicoprofiel

1. Risicoprofiel

Om de risico’s van Noaberkracht in kaart te brengen is een risicoprofiel opgesteld. De top 5 financiële risico's betreft:

Nr. Omschrijving Kans van optreden Maximaal financieel gevolg Invloed
1 Autorisaties in systemen: Als gevolg van onvoldoende inzicht in autorisaties (bedragen) bestaat de kans op over-autorisaties in systemen met de kans op ongeoorloofde autorisaties (bedrag hoogtes) en mogelijk toegang tot kritieke transacties of tot ongewenste combinaties van transacties 30% € 250.000 17,89
2 Hack: Binnendringen in het netwerk van buitenaf (hackers, virussen) 10% € 500.000 12,52
3 Faillissement soft- en hardware leverancier: Als gevolg van een faillissement van een soft- en hardware leverancier bestaat de kans dat er onvoldoende en onvolledige ondersteuning van soft- en hardware kan ontstaan(afhankelijkheid), waardoor we nieuwe soft- en hardware moeten aanschaffen bij andere leverancier 50% € 100.000 11,78
4 Aanbestedingen: Als gevolg van onvoldoende inzicht in diverse aanbestedingen binnen één partij, bestaat de kans dat interne aanbestedingsrichtlijnen niet worden nageleefd, waardoor de aanbestedingswet wordt overtreden  30% € 100.000 7,29
5  Aanbestedingen: Als gevolg van onvoldoende inzicht in de diverse aanbestedingen binnen één partij, bestaat de kans dat opdrachten ten onrechte niet Europees worden aanbesteedt, waardoor de aanbestedingswet wordt overtreden 30% € 100.000 7,04

Weerstandscapaciteit

Terug naar navigatie - Weerstandscapaciteit

2. Benodigde weerstandscapaciteit

Op basis van de ingevoerde risico’s is een risicosimulatie uitgevoerd. Hieruit volgt dat 90% zeker is dat alle risico’s kunnen worden afgedekt met een bedrag van  € 383.000 (benodigde weerstandscapaciteit).

 

3. Beschikbare weerstandscapaciteit

De beschikbare weerstandscapaciteit van Noaberkracht bestaat uit het geheel aan middelen dat de organisatie beschikbaar heeft om de risico's in financiële zin af te dekken.

 

Tabel 2: Beschikbare  weerstandscapaciteit

Weerstand

Capaciteit

Algemene reserve

 € 327.000

Totale weerstandscapaciteit

€ 327.000

 

 4. Relatie benodigde en beschikbare weerstandscapaciteit

Om te bepalen of het weerstandsvermogen toereikend is, dient de relatie te worden gelegd tussen de financieel gekwantificeerde risico's,  de daarbij gewenste weerstandscapaciteit en de beschikbare weerstandscapaciteit. De relatie tussen beide componenten wordt in onderstaande figuur weergegeven.

Risico's:

Bedrijfsproces
Financieel
Imago / politiek
Informatie / strategie
Juridisch / Aansprakelijkheid
Letsel / Veiligheid
Materieel
Milieu
Personeel / Arbo
Product

Weerstandscapaciteit :

Algemene reserve

Weerstandsvermogen

 

De benodigde weerstandscapaciteit die uit de risicosimulatie voortvloeit kan worden afgezet tegen de beschikbare weerstandscapaciteit. De uitkomst van die berekening vormt het weerstandsvermogen.

 

 

Ratio weerstandsvermogen =

Beschikbare weerstandscapaciteit

 

€ 327.000

 

=0,85

 =

Benodigde weerstandscapaciteit

€ 383.000

De normtabel is ontwikkeld in samenwerking met de Universiteit Twente. Het biedt een waardering van het berekende ratio.

 

Tabel weerstandsnorm

Waarderingscijfer

Ratio

Betekenis

A

>2.0

uitstekend

B

1.4-2.0

ruim voldoende

C

1.0-1.4

voldoende

D

0.8-1.0

matig

E

0.6-0.8

onvoldoende

F

<0.6

ruim onvoldoende

 

Het ratio valt dan in D.  Dit duidt op een matig weerstandsvermogen.

 

In de vastgestelde begroting 2021 heeft een aanvullende storting in de algemene reserve plaatsgevonden van €56.000. Hierdoor komt de ratio van het weerstandsvermogen met ingang van het jaar 2021 weer uit op de vastgestelde norm van 1 wat betekent dat ons weerstandsvermogen voldoende is.

Kengetallen

Terug naar navigatie - Kengetallen

Om de financiële positie van Noaberkracht in beeld te brengen, stelt Noaberkracht jaarlijks een balans en een overzicht van de exploitatie in baten en lasten op. Voor een goed oordeel over deze financiële positie zijn aanvullende kengetallen nodig. Deze kengetallen bieden u ondersteuning bij uw kaderstellende en controlerende rol. Een afzonderlijk kengetal zegt niet alles en moet altijd in relatie worden gezien met andere kengetallen.

 

We onderscheiden 3 kengetallen:

  • Netto schuldquote
  • Solvabiliteitsratio
  • Structurele exploitatieruimte

 

1. Netto schuldquote

Dit kengetal zegt het meest over de financiële vermogenspositie van Noaberkracht. Hoe hoger de schuld, hoe meer kapitaallasten (rente en aflossing) er zijn. De netto schuldquote geeft een indicatie van de druk van de rentelasten en de aflossing op de exploitatie.

 

(bedragen x € 1.000)

Jaarrekening 2020

Begroting 2021

Jaarrekening 2021

A

Vaste schulden

0 0

0

B

Netto vlottende schuld

3.360

3.504

3.360

C

Overlopende passiva

251

325

251

D

Financiële activa

0

0

0

E

Uitzettingen < 1 jaar

2.980

2.540

2.980

F

Liquide middelen

67

150

67

G

Overlopende activa

187

75

187

H

Totale baten

32.115

33.194

32.115

 

Netto schuldquote (A+B+C-D-E-F-G)/H x 100%

1,2

3,2

1,2

 

2. Solvabiliteitsratio

De solvabiliteitsratio geeft inzicht in de mate waarin Noaberkracht in staat is aan haar financiële verplichtingen te voldoen. Hieronder wordt het eigen vermogen als percentage van het totale vermogen verstaan. Hoe hoger het aandeel, des te gezonder Noaberkracht is.

 

(bedragen x € 1.000)

Jaarrekening 2020

Begroting 2021

Jaarrekening 2021

A

Eigen vermogen

3.081

2.437

3.081

B

Balanstotaal

6.692

6.266

6.692

 

Solvabiliteit (A/B) x 100%

46,0

38,9

46,0

 

3. Structurele exploitatieruimte

De structurele exploitatieruimte geeft aan hoe groot de (structurele) vrije ruimte binnen de vastgestelde begroting is. Daarnaast geeft het ook aan of Noaberkracht in staat is om structurele tegenvallers op te vangen, dan wel of er nog ruimte is voor nieuw beleid.

 

(bedragen x € 1.000)

Jaarrekening 2020

Begroting 2021

Jaarrekening 2021

A

Totale structurele lasten

31.111

33.740 31.111

B

Totale structurele baten

32.115

33.194

32.115

C

Totale structurele toevoegingen aan de reserves

0

0 0

D

Totale structurele onttrekkingen aan de reserves

0

0 0

E

Totale Baten

32.115

33.194

32.115

 

Structurele exploitatieruimte (B-A)+(D-C)/E x 100%

3,1

1,6

3,1

 

Totaal tabel kengetal en uitkomst

Kengetal

Jaarrekening 2020

Begroting 2021

Jaarrekening 2021

Netto schuldquote

1,2 1,9 1,2

Solvabiliteit

46,0 38,9 46,0

Structurele exploitatieruimte

3,1 1,6 3,1

Paragraaf Financiering

Algemeen

Terug naar navigatie - Algemeen

De wet Financiering Decentrale Overheden (fido) bevordert een solide financieringswijze bij openbare lichamen. Het doel hiervan is het vermijden van grote fluctuaties in de rentelasten. De wet kent een onderscheid tussen regels voor korte financiering (kasgeldlimiet) en regels voor lange financiering (renterisiconorm). Het onderscheid is gelegd bij één jaar.

Kasgeldlimiet en korte financiering

Terug naar navigatie - Kasgeldlimiet en korte financiering

De kasgeldlimiet heeft als doel de financiële gevolgen van schommelingen in de rente op korte leningen (< 1 jaar) te beheersen. De limiet voor gemeenschappelijke regelingen is bepaald op 8,2% van de totale begroting. Een kasgeldlimiet van € 2,6 miljoen betekent dat Noaberkracht in 2021 tot een bedrag van € 2,6 miljoen met kort geld (looptijd < 1 jaar) mocht financieren.

 

Kasgeldlimiet

 (bedragen x €1 miljoen)

 Begrotingstotaal 2021 (primitief)

32,0

 Vastgesteld percentage

8,2%

 Kasgeldlimiet

2,6

In 2021 zijn we binnen de kasgeldlimiet gebleven.

Renterisiconorm en lange financiering

Terug naar navigatie - Renterisiconorm en lange financiering

De renterisiconorm is een instrument voor de beheersing van het risico van een rentewijziging. Jaarlijks mogen de renterisico’s uit hoofde van renteherziening en herfinanciering niet hoger zijn dan 20% van het begrotingstotaal. Er mag dus  1/5e deel van de totale begroting aan rentegevoeligheid onderhevig zijn.

 

De renterisiconorm is voor Noaberkracht op dit moment niet van toepassing, omdat er geen langlopende leningen zijn afgesloten. Noaberkracht heeft geen leningenportefeuille.

EMU saldo

Terug naar navigatie - EMU saldo

Het EMU saldo geeft weer wat het saldo aan inkomsten en uitgaven van de gehele sector overheid in een bepaalde periode is. In grote lijnen is dit  het exploitatiesaldo voor bestemming plus de afschrijvingen min de investeringen over een bepaald jaar.

 

Exploitatiesaldo voor bestemming

-1.233

Mutatie (im)materiële vaste activa

 (-) 1.001

Mutatie voorzieningen

(+) 0

Mutatie voorraden (incl bouwgronden in exploitatie

(-) 0

Eventuele boekwinst bij verkoop effecten en (im)materiële vaste activa

(-) 0

EMU saldo 2021

-2.233

Algemene ontwikkelingen

Terug naar navigatie - Algemene ontwikkelingen

Rente: 1-maands euribor

Het 1-maands euribor rentetarief is in 2021 is het hele jaar negatief geweest. Per 1 januari 2021 bedroeg het percentage -0,249%. Eind december was dit percentage –0,554%.

 

Schatkistbankieren

In december 2013 is de wet Schatkistbankieren in werking getreden. Deze wet verplicht alle decentrale overheden om hun overtollige (liquide) middelen aan te houden in de schatkist. ‘Overtollig’ verwijst naar alle middelen die decentrale overheden niet onmiddellijk nodig hebben voor de publieke taak. Hierdoor hoeft de Nederlandse staat minder geld te lenen op de financiële markten en zal de staatsschuld dalen. De rente die vergoed wordt, is gelijk aan de rente die de Nederlandse staat betaalt op leningen die ze op de markt aangaat en is op dit moment 0.

Paragraaf Bedrijfsvoering

Inleiding

Terug naar navigatie - Inleiding

Ook in 2021 ondersteunde Noaberkracht de gemeenten Tubbergen en Dinkelland in hun streven naar een vitale en zelfredzame samenleving. Noaberkracht heeft daarbij de focus aangebracht om de goede dingen ten behoeve van de samenleving te doen.  Deze inspanningen zijn opgenomen in de begroting en de jaarverantwoording van Noaberkracht. Zowel de inzet die betrekking heeft op reguliere jaarlijks terugkerende taken (de basisbegroting) opgenomen in het programma bedrijfsvoering als ook de inzet op de ambities binnen Noaberkracht. Deze ambities zijn met ingang van het jaar 2019 voor het eerst opgenomen in het ambitiedeel van de begroting onder de programma's.

 

Met deze nieuwe indeling wordt een goed beeld gegeven wat er binnen de bedrijfsvoeringsorganisatie Noaberkracht allemaal gebeurt waardoor de verplichte paragraaf bedrijfsvoering beperkt kan blijven tot een aantal (verplichte) indicatoren. 

Beleidsindicatoren

Terug naar navigatie - Beleidsindicatoren

De beleidsindicatoren geven een beeld van de prestaties hoe de besteding van de beschikbare middelen gaat plaatsvinden. In meetbare eenheden zullen de beleidsindicatoren informatie verschaffen over de interne beleidsprestaties maar ook in vergelijking met andere overheden. Onderbouwde keuzes kunnen worden gemaakt om te kunnen bijsturen als de ontwikkelingen daartoe aanleiding geven. 

 

Beleidsindicatoren 2021

bron:

Vensters voor bedrijfsvoering 2020

Vensters voor bedrijfsvoering 2020

 

peildatum:

deelname 2020

deelname 2020

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Indicator

Waarde

Waarde

Eenheid

Financieel

 

 

 

Omvang formatie

6,70

6,70

Aantal fte per 1.000 inwoners.

Omvang bezetting

7,75

7,75

Aantal medewerkers per 1.000 inwoners.

Omvang overhead

100,0%

100,0%

Totale overhead gedeeld door totale lasten.

Apparaatskosten

€ 647

€ 647

Kosten per inwoner.

Externe inhuur

10,7

10,7%

Kosten externe inhuur gedeeld door de totale loonsom plus kosten externe inhuur.

 

 

 

 

Maatschappelijk

 

 

 

Afstand tot de arbeidsmarkt

0,5%

0,5%

Percentage medewerkers met een "afstand tot de arbeidsmarkt".

 

 

 

 

HRM

 

 

 

Vrouwen in leidinggevende positie

36%

36%

Aantal vrouwen in leidinggevende positie gedeeld door het totaal aantal leidinggevenden. 

Ziekteverzuim

3,4%

3,4%

De verzuimde dagen gedeeld door het totaal aantal beschikbare dagen keer 100%.

Frequentie ziektemeldingen

0,5

0,5

Het gaat om het gemiddeld aantal ziekmeldingen per medewerker.

Vergroening (35-)

17%

17%

Aantal medewerkers tot 35 jaar gedeeld door totaal aantal medewerkers.

Vergrijzing (55+)

35%

35%

Percentage medewerkers van 55 jaar of ouder t.o.v. totaal aantal medewerkers.

Instroom

9,0%

9,0%

Ingestroomde medewerkers gedeeld door het aantal medewerkers op 1 januari.

Uitstroom

6,1%

6,1%

Vertrokken medewerkers gedeeld door het aantal medewerkers op 1 januari.

Interne mobiliteit

4,0%

4,0%

Aantal medewerkers geplaatst op interne vacatures gedeeld door aantal medewerkers op 1 januari.

 

 

 

 

Klant

 

 

 

Betaaldiscipline

95%

95%

Percentage inkoopfacturen dat binnen wettelijke betaaltermijn wordt betaald.

E-facturering

2,9

2,9

Deze score is een gemiddelde score op een schaal van 1 tot 4, waarbij 4 staat voor 100% digitale afhandeling van de inkomende facturen

 

 

 

 

Huisvesting

 

 

 

Werkplekindex

1,2

1,2

Aantal werkplekken gedeeld door het aantal fte.

Energiekosten

€ 17

€ 17

Kosten gas-, stroom- en overig, gedeeld door de beheerde oppervlakte.

 

 

 

 

ICT

 

 

 

Beheerde applicaties

204

204

Het gaat om technisch en/of functioneel beheerde applicaties.

ICT meldingen per klant

6,8

6,8

Het aantal ICT meldingen gedeeld door het aantal medewerkers van de organisatie.

 

Paragraaf Onderhoud kapitaalgoederen

Onderhoud gebouwen

Terug naar navigatie - Onderhoud gebouwen

Noaberkracht heeft drie gebouwen in bruikleen van de gemeenten Tubbergen en Dinkelland (twee gemeentehuizen en de Werf). Noaberkracht heeft, vanuit de bruikleenovereenkomst, over deze gebouwen de verantwoording op het klein en dagelijks onderhoud (gebruikersonderhoud).

 

De beide gemeenten hebben als eigenaar van deze drie panden in 2016 een meerjaren onderhoudsplanning (MOP) vastgesteld, waarin zowel het onderhoud van de eigenaar als het onderhoud van de gebruiker in beeld is gebracht.