Het programma bedrijfsvoering bestaat uit de volgende onderdelen:
- Personeel
- Huisvesting
- ICT
- Tractie
- Goederen en diensten, overig
- Projecten
Het programma bedrijfsvoering bestaat uit de volgende onderdelen:
De kosten van het onderdeel personeel bestaan uit de onderdelen: personeel in vaste dienst, personeel in tijdelijke dienst (inhuur), uitbesteed werk, inkoop van dienstverlening, secundaire arbeidsvoorwaarden en overige aan personeel gelieerde kosten.
december 2020 | december 2021 | |
Aantal fte | ||
Aantal fte in dienst* | 318,56 fte | 341,5 fte |
Aantal externen | 35,79 fte | 49,79 fte |
Aantal medewerkers | ||
Aantal medewerkers vaste aanstelling* | 345 mdw | 361 mdw |
Aantal medewerkers tijdelijke aanstelling* | 22 mdw | 30 mdw |
Aantal externen | 54 mdw | 68 mdw |
Man/vrouw verdeling |
||
Mannen in dienst | 174 (165,15 fte) | 183 (172,95 fte) |
Vrouwen in dienst | 193 (153,41 fte) | 208 (168,55 fte) |
*In het jaar 2021 is het aantal medewerkers (en het aantal fte's) binnen Noaberkracht toegenomen. Eén van de redenen is de indiensttreding van de medewerkers voor de Participatiewet en enkele medewerkers vanuit Soweco. Daarnaast is er binnen het organisatieonderdeel Openbare Ruimte alvast voorgesorteerd op het toekomstige vertrek van een aantal medewerkers die meedoen aan het generatiepact. Om de kennisoverdracht te kunnen borgen, zijn de vacatures voorlopend op het vertrek van deze medewerkers al ingevuld. Hier zit tijdelijk een dubbeling in voor wat betreft het aantal medewerkers.
LEEFTIJDSOPBOUW MEDEWERKERS | |||
---|---|---|---|
Leeftijdscategorie | Vrouw | Man | Totaal |
< 20 jaar | 1 | 3 | 4 |
20 tot 25 jaar | 8 | 8 | 16 |
25 tot 30 jaar | 19 | 11 | 30 |
30 tot 35 jaar | 18 | 16 | 34 |
35 tot 40 jaar | 17 | 9 | 26 |
40 tot 45 jaar | 27 | 19 | 46 |
45 tot 50 jaar | 25 | 16 | 41 |
50 tot 55 jaar | 36 | 23 | 59 |
55 tot 60 jaar | 31 | 32 | 63 |
60 tot 65 jaar | 25 | 35 | 60 |
65 jaar en ouder | 1 | 11 | 12 |
Totaal | 208 | 183 | 391 |
Vergelijking leeftijdsverdeling december 2020 en december 2021
Onderzoek naar mogelijkheden tot samenwerking met de gemeente Oldenzaal
Bureau BMC heeft onderzoek gedaan naar de toekomstbestendigheid van Noaberkracht op de langere termijn. Het door BMC opgeleverde rapport laat zien dat de toekomstbestendigheid van Noaberkracht op de lange termijn mogelijk onder druk komt te staan. Vanuit dit besef, zijn we in 2021 gesprekken met de gemeente Oldenzaal gestart, waarin wordt onderzocht in hoeverre ambtelijke samenwerking met de gemeente Oldenzaal in positieve zin bij kan dragen aan de toekomstbestendigheid van Noaberkracht.
Implementatie samenwerking uitvoering Participatiewet
De bestaande samenwerkingsovereenkomst met de gemeente Almelo waar het gaat om de uitvoering van de Participatie wet, is geeindigd per 1 januari 2022. De front office taken worden sinds 2022 door Noaberkracht verricht. Voor de back office taken vindt uitvoering plaats door en wordt samengewerkt met de gemeente Oldenzaal. Na goede afstemming met de gemeente Almelo zijn enkele werknemers overgekomen. Enkele aspecten van de implementatie lopen nog door in 2022.
CAO gemeenten en SGO (samenwerkende gemeentelijke organisaties)
Eind 2021 is een nieuwe cao-akkoord overeenkomen voor de jaren 2021 en 2022. Hoofdpunten zijn:
Werken bij Noaberkracht
Werken bij Noaberkracht betekent dat werknemers daar (samen)werken waar ze nodig zijn: op kantoor, in de samenleving of thuis. Het is een flexibele manier van werken en samenlevingsgericht. Er is daarbij aandacht voor bereikbaarheid. Vanuit het project Werken bij Noaberkracht is een visie opgesteld en zijn verschillende afspraken vastgelegd over samenwerken en ontmoeten en flexibel (bijvoorbeeld hybride) werken. Werknemers werken sinds het verplichte thuiswerken door Corona vaker thuis. Ook wordt waar mogelijk hybride (digitaal en fysiek) samengewerkt, werknemers beschikken over de ICT-faciliteiten daarvoor. De inrichting van de locaties wordt daarop waar mogelijk ook aangepast, bijvoorbeeld door belruimten voor digitale overleggen te creëren.
Generatiepact en ontwikkelen vitaliteitsbeleid
In 2021 hebben we de regeling generatiepact geevalueerd. Op basis van deze evaluatie is de regeling beperkt verlengd tot 1 januari 2023. Volgens de regeling generatiepact kunnen medewerkers minder gaan werken met voor deze uren een gedeeltelijke doorbetaling van het salaris. Daarbij geldt als voorwaarde dat zij eerder met pensioen gaan. Aanleiding voor de regeling die inging per 2017 is mede geweest dat Noaberkracht evenals vele gemeenten te maken heeft met een vergrijst personeelsbestand. De regeling heeft als doelen:
In 2021 is besloten om de regeling te verlengen voor het jaar 2022. De volgende regels gelden voor de verlenging: met ingang van 2022 is deelname mogelijk vanaf 60 jaar. Deelname is niet mogelijk voor leidinggevenden. In alle andere gevallen moet eerst in vervanging worden voorzien voordat het generatiepact ingaat. Daarbij worden afspraken gemaakt over de bereikbaarheid van deelnemers. Beoogd wordt in 2022 een vitaliteitsbeleid te ontwikkelen dat per 2023 zal ingaan. Dit beleid wordt dan gericht op de vitaliteit van alle leeftijdsgroepen.
Integriteit
In 2021 is een voorstel voorbereid om het integriteitsbeleid nader vorm te geven. De ondernemingsraad heeft inmiddels een positief advies uitgebracht over de onderwerpen nevenfuncties en sanctiebeleid en bestuurlijke besluitvorming heeft plaatsgevonden. Het kader voor het integriteitsbeleid wordt vastgelegd in het personeelshandboek en integriteit is onderwerp van gesprek tijdens de gesprekscyclus tussen werkgever en werknemer. Noaberkracht kent een vertrouwenspersoon en sanctiebeleid en de mogelijkheid een geschil voor te leggen aan een externe geschillencommissie.
In onderstaande tabellen zijn de baten en lasten opgenomen die aan dit programma zijn verbonden
Raming begrotingsjaar voor wijziging | Raming begrotingsjaar na wijziging | Realisatie begrotingsjaar | Verschil realisatie versus begr. na wijz. | ||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
(Bedragen x € 1.000) | |||||||||
Baten | 383 | 1.194 | 1.451 | 257 | |||||
Lasten | 28.353 | 29.903 | 29.020 | 883 | |||||
Gerealiseerde totaal saldo van baten en lasten | -27.970 | -28.709 | -27.569 | 1.139 | |||||
Onttrekkingen aan reserves | 436 | 1.506 | 1.240 | 266 | |||||
Toevoegingen aan reserves | 0 | 0 | 0 | 0 | |||||
Gerealiseerde totaal resultaat van baten en lasten | -27.534 | -27.202 | -26.329 | 873 |
Een analyse op hoofdlijnen wordt hieronder weergegeven. De werkelijke lasten zijn vergeleken met de raming na verwerkte begrotingswijzigingen.
Kosten personeel, inhuur en overige personeelslasten (voordeel € 560.000)
De onderschrijding van €560.000 is op te splitsen in de volgende posten:
Salarissen, inhuurbudgetten en flexibele schil (voordeel € 516.000)
Binnen Noaberkracht zijn de salarissen en de flexibele schil een communicerend vat. De voordelen op salarissen als gevolg van bijvoorbeeld vertrek van medewerkers worden gestort in de flexibele schil. Als er nieuwe medewerkers in dienst komen, worden de salarislasten weer onttrokken aan de flexibele schil. Het komt ook voor dat vacatures tijdelijk ingevuld worden door middel van inhuur. De kosten voor deze inhuur worden dan ook onttrokken aan de flexibele schil. Het nadeel op de salarissen was in 2021 €130.000, het voordeel op inhuur en diensten van derden was in 2021 €245.000. Het voordeel op de flexibele schil €401.000, waardoor het voordeel per saldo uitkomt op €516.000.
Van dit voordelige saldo van €516.000, wordt €292.000 overgeheveld naar 2022. De rest a €224.000 komt terecht in het rekeningsaldo van Noaberkracht over 2021. De volgende budgetten worden overgeheveld:
In 2021 hebben we op meerdere manieren geworven voor jeugdconsulenten in vaste dienst. Het aanbod van sollicitanten was te klein om hier mensen op aan te kunnen nemen. Daarom is, onder druk van aanvragen jeugd, corona en de huidige arbeidsmarkt krapte besloten om medewerkers tijdelijke op basis van externe inhuur aan ons te verbinden. Deze inhuur vindt plaats vanaf 2022.
Het benoemen van een teamontwikkelaar moet bijdragen aan ten minste de voldoende doelstellingen:
o Vergroten van inzicht bij medewerkers van impact maatschappelijk belang, financieel economische belangen en politieke belangen;
o Mede actief verbinden van teams door processen verder te concretiseren, vast te leggen en uit te leggen;
o Onderstroom in teams bespreekbaar te maken, discussies over ‘oud zeer’ aan te gaan en een plek te geven waardoor de medewerker (in samenspraak met de teamcoach) tot de conclusie kan komen: ik kan verder of ik kan beter stoppen;
o Ontwikkeling hernieuwd consulententeam;
o Stuk individuele begeleiding van junioren in senioriteit opdat deze binnen 2 jaar als volwaardig beleidsadviseur MVZ acteren kunnen.
Onder invloed van Corona heeft het afgelopen jaar niet die voedingsbodem gekend welke nodig is om elkaar te ontmoeten. Doelstellingen zullen uitsluitend worden gehaald wanneer men elkaar leert kennen. Via een beeldscherm is de kwaliteit van gesprek en benodigde discussie niet van dien aard dat dit in veiligheid kon. Inmiddels laten coronaontwikkelingen zien dat de kans op ontmoeting groter wordt. Verwacht wordt dan ook dat in 2022 de teamontwikkelaar kan worden aangesteld ten behoeve van geformuleerde doelstellingen.
Incidenteel budget beschikbaar gesteld voor de jaren 2021 en 2022 voor inhuur van (tijdelijke) Wmo consulenten. Hiervoor worden 3 consulenten ingehuurd, van 2 consulenten loopt het contract door in 2022 tot 15/3/2022. Het restant budget van 2021 wordt daarom overgeheveld naar 2022.
Doorlopende inhuur i.v.m. werkzaamheden die zijn blijven liggen als gevolg van detachering van een medewerker informatievoorziening. Inkomsten in verband met deze detachering worden overgeheveld om de inhuur voor achterblijvende werkzaamheden in 2022 te kunnen bekostigen.
Het voordeel van per saldo €224.000 dat terecht komt in het resultaat van Noaberkracht, is ontstaan doordat er in 2021 een aantal medewerkers vertrokken zijn en deze vacatures pas later zijn ingevuld. Het betreft hier dus een incidentele meevaller van salarislasten.
Kanttekening die bij dit saldo gemaakt moet worden is dat de extra kosten als gevolg van de nieuwe cao ook onttrokken zijn aan de flexibele schil binnen Noaberkracht. Het gaat hier om een bedrag van €28.700 als gevolg van de 1,5% salarisverhoging met ingang van december 2021 plus een bedrag van €386.500 als gevolg van de eenmalige uitkering van €1.200 per fte. Normaliter zou van dit bedrag €70.800 doorbelast worden aan beide gemeenten. Dit is het bedrag aan extra kosten bovenop de jaarlijks al begrote 1,5% verhoging voor cao verhogingen. Ons voorstel is om deze kosten niet door te belasten naar beide gemeenten, maar om ze op te lossen binnen Noaberkracht om de volgende reden: Van de kosten voor de eenmalige uitkering heeft meer dan €70.800 betrekking op corona. Noaberkracht had in 2021 ook veel besparingen als gevolg van corona (zie hoofdstuk 4). Ons voorstel is om een deel van deze besparing aan te merken als dekking van de €70.800 aan extra kosten.
Uitgeleend eigen personeel aan derden en uitkeringen (voordeel € 22.000)
Als Noaberkracht detacheren we onze medewerkers naar andere organisaties, hiervoor krijgen we een vergoeding van deze organisaties. In het jaar 2021 was de vergoeding voor deze detacheringen €15.000 lager dan begroot. Daarnaast zijn er uitkeringen ontvangen in verband met ziekte en zwangerschappen. Dit bedrag was €37.000 hoger dan begroot, per saldo een voordeel van €22.000.
Overige personeelskosten (voordeel € 22.000)
Noaberkracht kent budgetten voor overige personeelskosten als sportfaciliteiten en catering personeel. In het jaar 2021 hebben we deze budgetten niet (volledig) aangewend. Naar alle waarschijnlijkheid is de coronacrisis de grootste reden voor deze onderschrijding. Dit zorgt voor een onderschrijding van €22.000.
Reiskosten (voordeel €105.000)
In de programmajournaals 2021 van Noaberkracht hebben we aangegeven dat de reiskosten voor 2021 lager uit zouden kunnen vallen als gevolg van Corona. Omdat dit geen zekerheid was in verband met het later in kunnen dienen van reisdeclaraties, is er toen financieel nog geen meevaller verwerkt. Over heel 2021 is er €105.000 minder uitgegeven aan reiskosten dan begroot. Corona is hiervan de hoofdoorzaak.
In het tweede programmajournaal over 2021 hebben we aangegeven dat we verwachten dat de reiskosten structureel lager worden. Dit als gevolg van de nieuwe manier van werken, meer digitaal. De besparing die dit structureel op gaat leveren wordt ingezet voor het project "Werken bij Noaberkracht".
Waarderingsbudget (voordeel €58.000)
Het waarderingsbudget wordt vooral uitgegeven aan zaken als teambuidling. Dit was in 2021 door Corona (bijna) niet mogelijk waardoor een groot deel van het budget niet is uitgegeven.
Studie- en opleiding (voordeel €25.000)
Het bedrag dat in 2021 uitgegeven is aan studie en opleidingen is €25.000 lager dan begroot. De grootste oorzaak van deze onderschrijding is het coronavirus. Opleidingen en trainingen werden voor Corona vooral fysiek gegeven. In de coronatijd zijn er veel opleidingen en trainingen digitaal gegeven. Het aanbod aan digitale trainingen is alleen minder dan het aanbod aan fysieke trainingen, daardoor hebben we het budget niet geheel uitgegeven.
Detacheringskosten Dorper Esch (voordeel € 126.000)
Dit betreft een hogere bijdrage van de gemeente Dinkelland als gevolg van meer kosten die gemaakt zijn ten behoeve van de Dinkellandse binnensportaccommodaties en zwembaden. Voor een nadere toelichting verwijzen we u naar de analyse van de afwijkingen tussen begroting na wijziging en de realisatie die – conform artikel 28 van de BBV – opgenomen is in de toelichting op de programmarekening.
Mutaties reserves
Het verschil op de mutaties van de reserves van €266.000 heeft voor een bedrag van €83.000 betrekking op organisatieontwikkeling voor inhuur expertise, opleidingskosten en communicatiemiddelen welk niet zijn besteed. Voor een bedrag €263.000 heeft betrekking op de strategische personeelsplanning, digitalisering bouwarchief en project groenvoorziening welk niet zijn besteed.
De exploitatie van de drie personeelslocaties (gemeentehuis Denekamp, gemeentehuis Tubbergen en de werf in Ootmarsum) zijn opgenomen onder het onderdeel huisvesting.
Huisvesting
De huisvesting in zowel Denekamp als Tubbergen is nadrukkelijk onderwerp van gesprek. We hebben hiervoor een huisvestingsconcept vastgesteld dat geldt als uitgangspunt voor de toekomstige ingrepen in de huisvesting. Dit om beter aan te kunnen sluiten op de bestuursstijlen en om flexibel en samenlevingsgericht te kunnen werken.
Huur en verhuur buitendienst
Eind 2021 is besloten om de gemeentewerf in Ootmarsum en de drie dislocaties (Weerselo, Denekamp en Tubbergen) vanaf 2022 niet langer om niet te laten gebruiken door Noaberkracht maar Noaberkracht een marktconforme huur in rekening te brengen. Vanuit Noaberkracht worden deze hogere huisvestingslasten conform de vaste verdeelsleutel, vastgelegd in het Verrekenmodel Tubbergen Dinkelland, in rekening gebracht bij de beide gemeenten. Deze verrekening worden in de loop van het jaar 2022 verwerkt in de begrotingen van de drie bedrijven.
In onderstaande tabellen zijn de baten en lasten opgenomen die aan dit programma zijn verbonden.
Raming begrotingsjaar voor wijziging | Raming begrotingsjaar na wijziging | Realisatie begrotingsjaar | Verschil realisatie versus begr. na wijz. | ||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
(Bedragen x € 1.000) | |||||||||
Baten | 31 | 31 | 15 | -16 | |||||
Lasten | 477 | 516 | 468 | 48 | |||||
Gerealiseerde totaal saldo van baten en lasten | -445 | -485 | -453 | 32 | |||||
Onttrekkingen aan reserves | 0 | ||||||||
Toevoegingen aan reserves | 0 | ||||||||
Gerealiseerde totaal resultaat van baten en lasten | -445 | -485 | -453 | 32 |
Een analyse op hoofdlijnen wordt hieronder weergegeven. De werkelijke lasten zijn vergeleken met de raming na verwerkte begrotingswijzigingen.
Energiekosten (voordeel €35.000)
In het programmajournaal heeft er een bijraming plaatsgevonden voor energie omdat er op basis van ervaringscijfers (voorgaande jaren) verwacht werd dat het begrote budget niet voldoende zou zijn. Nu blijkt dat het verbruik in het laatste half jaar van 2021 toch minder is geweest dan voorgaande jaren. Dit levert een voordeel op van €35.000.
Voor een nadere toelichting verwijzen we u naar de analyse van de afwijkingen tussen begroting na wijziging en de realisatie die – conform artikel 28 van de BBV – opgenomen is in de toelichting op de programmarekening.
De kosten die over het afgelopen jaar voor het onderdeel ICT zijn gemaakt bestaan uit aanschaf, onderhoud en vervanging van alle hard- en software binnen het Noaberkracht ICT netwerk.
Voor het uitvoeren van de verschillende functies en rollen hebben Noaberkracht Dinkelland Tubbergen en de gemeenten Dinkelland en Tubbergen de beschikking over de volgende werkplek gerelateerde hardware:
KENGETALLEN | ||||||
---|---|---|---|---|---|---|
Omschrijving | Aantallen december 2020 | Aantallen december 2021 | Gemiddelde prijs in 2021 per stuk/abonnement. | |||
Desktops | 247 | 232 | € 542 | |||
Laptops uitgeleend t.b.v. thuiswerken (Corona) | 47 | 57 | Betreffen 25 nieuwe laptops en 32 afgeschreven laptops (Laptops zitten niet in de vervangingscyclus) | |||
Laptops i.h.k.v. Het Nieuwe Werken | 230 | 259 | € 860 | |||
Laptops functie gerelateerd | 65 | 56 | € 860 | |||
iPads | 92 | 90 | € 450 incl toetsenbord | |||
iPads t.b.v. gemeente Dinkelland | 43 | 43 | € 450 incl toetsenbord | |||
iPads t.b.v. gemeente Tubbergen | 32 | 32 | € 450 incl toetsenbord | |||
Smartphones | 388 | 435 | € 370 | |||
Mobiele Data-Spraak abonnementen | 407 | 432 | € 5,12 p/mnd inclusief verbruikskosten buiten bundel en aanvullende diensten (73x KPN en 359x T-Mobile). | |||
Mobiele Data abonnementen | 71 | 82 | maakt gebruikt van de groepsbundel | |||
Eizo 22 inch beeldschermen | 607 | 598 | € 210 | |||
Plotters, print-, scan- en kopieerapparatuur | 26 | 26 | Jaarlijkse huurkosten: € 25.280 Afdrukkosten 2021: € 14.100 Afdrukkosten 2020: € 13.500 | |||
Naast de reguliere taken voor het ondersteunen van de Gemeenten Tubbergen en Dinkelland en Noaberkracht Dinkelland Tubbergen op het vlak van ICT hebben in 2021 veel vervangingen, aanpassingen en doorontwikkelingen plaatsgevonden in de Noaberkracht ICT omgeving..
De belangrijkste nieuwe ontwikkelingen op het gebied van ICT in 2021 waren:
ONTWIKKELINGEN ICT | ||
---|---|---|
Omschrijving | Onderhoudslasten in 2021 | Reden |
eDienstverlening Mijn Regie Sociale Zaken | € 2.234 | Dienstverlening naar de burger als gevolg van wettelijke ontwikkelingeen |
Cloudbackup | € 43.680 | Extra backup buiten de organisatie om in geval van een Hack/malware aanval te kunnen blijven beschikken over all data |
eAnonimiseren van openbare WKPB documenten | € 4.752 | Wettelijk vereist om openbare documenten te anonimiseren |
Obi4One Monitoring | € 2.851 | Tool om de communicatie in de Sociale Media te kunnen monitoren |
Victa Qliksense | € 4.455 | Tool om snel data te kunnen analyseren en te presenteren |
Daarnaast zijn de volgende investeringen op het gebied van ICT gedaan in 2021:
INVESTERINGEN ICT 2021 | ||
---|---|---|
Omschrijving | Investering in 2021 | Reden |
Uitbreiding Financiële applicatie met factuurherkenning | € 26.594 | Investering om efficiënter te kunnen werken |
Apparatuur vergaderruimten (Teams Rooms) voor digitaal vergaderen | € 28.879 | Investering als gevolg van de behoefte om digitaal in grote groepen op afstand te kunnen vergaderen |
Extra uitbreiding backupopslag | € 44.000 | Investering om de komende jaren voldoende ruimte te hebben voor de te verwachten groei van Data |
Vervanging applicatie Belastingen | € 90.000 | Oude applicatie voldeed niet meer aan de eisen en wensen van deze tijd |
Vervanging TV schermen vergaderruimten | € 34.000 | Oude schermen waren aan vervanging toe |
In onderstaande tabellen zijn de baten en lasten opgenomen die aan dit programma zijn verbonden.
Raming begrotingsjaar voor wijziging | Raming begrotingsjaar na wijziging | Realisatie begrotingsjaar | Verschil realisatie versus begr. na wijz. | ||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
(Bedragen x € 1.000) | |||||||||
Baten | 2 | 14 | 12 | -3 | |||||
Lasten | 2.812 | 2.779 | 2.671 | 109 | |||||
Gerealiseerde totaal saldo van baten en lasten | -2.809 | -2.765 | -2.659 | 106 | |||||
Onttrekkingen aan reserves | 0 | 29 | 29 | 0 | |||||
Toevoegingen aan reserves | 0 | 0 | 0 | 0 | |||||
Gerealiseerde totaal resultaat van baten en lasten | -2.809 | -2.736 | -2.630 | 106 |
Een analyse op hoofdlijnen wordt hieronder weergegeven. De werkelijke lasten zijn vergeleken met de raming na verwerkte begrotingswijzigingen.
Kosten ICT (voordeel €106.000)
Van het totale voordeel van €106.000, wordt €29.000 overgeheveld naar 2022. De rest a €77.000 komt terecht in het rekeningsaldo van Noaberkracht over 2021. De volgende budgetten worden overgeheveld:
Het project inrichting Suite4Regie heeft vertraging opgelopen in verband met de ontwikkelingen rondom de P-wet in 2021. Het budget wordt overgeheveld naar 2022 zodat uitvoering dan plaats kan vinden.
In het 2e programmajournaal 2021 is aangegeven dat het de bedoeling was om per 1-1-2022 te stoppen met Dezta. In verband met het uitstellen van de Omgevingswet is het gebruik van Dezta met 1 jaar verlengd, dus tot 1-1-2023. Extra kosten daarvoor bedragen €6.200. Dit budget, bedoeld voor verlenging in 2022, is per abuis is 2021 gezet. Het budget wordt nu overgeheveld naar 2022 waar het ook hoort te staan.
Het voordeel van per saldo €77.000 dat terecht komt in het resultaat van Noaberkracht, is ontstaan door de volgende redenen:
Voor een nadere toelichting verwijzen we u naar de analyse van de afwijkingen tussen begroting na wijziging en de realisatie die – conform artikel 28 van de BBV – opgenomen is in de toelichting op de programmarekening.
Onder tractie wordt bij dit onderdeel verstaan: alle vervoersmiddelen binnen Noaberkracht. De kosten van al deze vervoersmiddelen bestaan uit aanschaf, onderhoud, vervanging en overige exploitatielasten.
De volgende vervoersmiddelen zijn aanwezig binnen Noaberkracht:
Vervanging tracties
Voor het efficiënt uitvoeren van taken bij de buitendienst zijn goede tractiemiddelen nodig.
Ook in 2021 hebben we weer meerdere voertuigen en verder materieel aangeschaft ter vervanging van technisch en financieel afgeschreven materieel. Bij het proces van vervanging is gekeken naar de technische staat van de voertuigen en is bij het in goede staat zijn van tractie middel gekozen om het nog weer een jaar op te schuiven.
In 2021 zijn een aantal tractiemiddelen vervangen, omdat deze technisch verouderd waren. De totale kosten voor vervanging bedragen € 141.626, waarvan de kapitaallasten binnen het geraamde budget vallen.
De vervangingsinvesteringen zijn conform het aanbestedingsbeleid uitgevoerd. Conform het regionaal beleid is aan de opdrachtnemers een SROI-verplichting opgelegd.
In 2021 is het bedrijfsplan 'Samenspel' vastgesteld. Daarin is ook de totale tractiebehoefte voor de buitendienst geevalueerd. De vertaling van deze tractiebehoefte zal in de komende jaren worden vertaald naar de begroting Noaberkracht. Daarbij zal een bedrijfseconomische afweging worden gemaakt tussen zelf doen en uitbesteden.
In onderstaande tabellen zijn de baten en lasten opgenomen die aan dit programma zijn verbonden.
Raming begrotingsjaar voor wijziging | Raming begrotingsjaar na wijziging | Realisatie begrotingsjaar | Verschil realisatie versus begr. na wijz. | ||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
(Bedragen x € 1.000) | |||||||||
Baten | 0 | 6 | 6 | 0 | |||||
Lasten | 561 | 585 | 601 | -16 | |||||
Gerealiseerde totaal saldo van baten en lasten | -561 | -579 | -595 | -16 | |||||
Onttrekkingen aan reserves | 0 | ||||||||
Toevoegingen aan reserves | 0 | ||||||||
Gerealiseerde totaal resultaat van baten en lasten | -561 | -579 | -595 | -16 |
Voor een nadere toelichting verwijzen we u naar de analyse van de afwijkingen tussen begroting na wijziging en de realisatie die – conform artikel 28 van de BBV – opgenomen is in de toelichting op de programmarekening.
Onder dit onderdeel zijn de kosten van de zogenaamde overige goederen en diensten verantwoord. Hierbij moet worden gedacht aan facilitaire kosten, contributies, portokosten, onderhoud van gebouwinstallaties en SPN.
Binnen het programma goederen en diensten, overig zijn de reguliere werkzaamheden uitgevoerd.
In onderstaande tabellen zijn de baten en lasten opgenomen die aan dit programma zijn verbonden.
Raming begrotingsjaar voor wijziging | Raming begrotingsjaar na wijziging | Realisatie begrotingsjaar | Verschil realisatie versus begr. na wijz. | ||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
(Bedragen x € 1.000) | |||||||||
Baten | 153 | 260 | 358 | 98 | |||||
Lasten | 1.427 | 2.590 | 2.579 | 12 | |||||
Gerealiseerde totaal saldo van baten en lasten | -1.274 | -2.331 | -2.221 | 110 | |||||
Onttrekkingen aan reserves | 0 | ||||||||
Toevoegingen aan reserves | 0 | ||||||||
Gerealiseerde totaal resultaat van baten en lasten | -1.274 | -2.331 | -2.221 | 110 |
Een analyse op hoofdlijnen wordt hieronder weergegeven. De werkelijke lasten in 2021 zijn vergeleken met de raming na verwerkte begrotingswijzigingen.
Huur roerende- en onroerende zaken (voordeel €56.000)
Door een intensieve samenwerking buitendienst, voormalig Soweco en voormalig SPD is er op huur materieel bespaard in 2021. Dit leidt tot een voordeel van €61.000.
De kosten van het leasen van (elektrische) leaseauto’s waren in 2021 hoger dan vooraf ingeschat. Dit zorgt voor een nadeel van €6.000.
Consumpties en werkkleding (voordeel €67.000)
Consumpties en lunches (voordeel €51.000)
In het tweede programmajournaal 2021 hebben we in het coronahoofdstuk al gemeld dat besparing op consumpties over de periode januari tot augustus €31.000 bedroeg. In het tweede half jaar is er op deze post een besparing behaald van €20.000, dat maakt samen een voordeel van €51.000. De lagere uitgaven voor consumpties zijn een gevolg van het meer thuiswerken in verband met corona.
Werkkleding voormalig SPD en facilitair: (voordeel €16.000)
Voormalig SPD: Voor werkkleding, schoeisels en overige veiligheidskleding is jaarlijks een budget beschikbaar van € 22.800. Het kledingbudget per medewerker is gebonden aan een maximum per jaar. Doordat medewerkers alleen noodzakelijke vervanging van kleding en schoeisel afnemen zijn dit jaar de werkelijke kosten lager. De besteding van dit budget fluctueert jaarlijks en is afhankelijk van behoefte, slijtage en veiligheidsnormen en regelgeving. In 2021 is dit een voordeel van € 12.000.
Facilitair: Ook voor de afdeling facilitair is in 2021 minder geld uitgegeven aan werkkleding. Dit zorgt voor een voordeel van €4.000.
Inverdieneffect voormalig Soweco personeel
Door de (extra) inzet van SW personeel op investeringen en projecten is er netto een voordeel behaald van €43.000 (zgn. inverdieneffect).
Vakliteratuur en verzendkosten (nadeel €51.000)
Vakliteratuur (nadeel €27.000)
We zien we dat de kosten voor vakliteratuur de afgelopen jaren steeds verder gestegen zijn. In 2021 is er aan vakliteratuur €27.000 meer uitgegeven dan begroot. We zoeken nog uit of en hoe we deze kosten kunnen verminderen.
Verzendkosten (nadeel €24.000)
In vergelijking met 2020 zijn er in 2021 meer poststukken verstuurd:
2020 | 2021 | 2020 24-uurspost | 2021 72-uurspost |
61.609 stuks | 85.365 stuks | 34.632 stuks | 50.733 stuks |
Deze stijging van het aantal verzonden poststukken plus de stijging van het tarief zorgen voor hogere portokosten in 2021. Ook is er in 2021 relatief veel 24-uurs post verstuurd. 24-uurspost wordt momenteel vanwege de verdergaande digitalisatie standaard niet meer aangeboden door de postaanbieders in Nederland. De dienst is daardoor duurder geworden.
Voor een nadere toelichting verwijzen we u naar de analyse van de afwijkingen tussen begroting na wijziging en de realisatie die – conform artikel 28 van de BBV – opgenomen is in de toelichting op de programmarekening.
Binnen Noaberkracht lopen verschillende projecten die zowel inhoudelijk als financieel in dit onderdeel worden toegelicht.
Project huisvesting
De volgende acties hebben in 2021 plaatsgevonden:
Project Omgevingswet
Vanuit het project Omgevingswet wordt er via een aantal lijnen gewerkt aan de implementatie. Er wordt gewerkt aan de Omgevingsvisie, de voorbereiding op de implementatie van het Omgevingsplan, het aansluiten op en inrichten van het Digitaal Stelsel Omgevingswet en het aanpassen van de werkprocessen. Begin 2021 kwam het bericht dat de inwerkingtreding van de Omgevingswet wederom doorgeschoven zou worden. In dit geval naar januari 2023. Dit heeft weinig impact op de planning gehad. In 2021 zijn hierin de volgende mijlpalen behaald:
Omgevingsvisie
Voorbereiding Omgevingsplan & Digitaal Stelsel Omgevingswet
Omgevingswet in de praktijk:
Communicatie & projectmanagement
Financieel
De vertraging van de inwerkingtreding betekent dat een deel van het budget van 2021 niet is ingezet omdat werkzaamheden doorschuiven naar 2022. Er worden extra kosten gemaakt doordat de projectleider en een aantal projectgroepleden 1 jaar langer aan het project verbonden zijn dan gepland. Tevens loopt ook de betrokkenheid van adviespartners wat langer door. Daarnaast zijn er extra kosten voor ICT-licenties gemaakt. Deze activiteiten hebben we binnen het reeds beschikbare budget kunnen realiseren.
In onderstaande tabellen zijn de baten en lasten opgenomen die aan dit programma zijn verbonden.
Raming begrotingsjaar voor wijziging | Raming begrotingsjaar na wijziging | Realisatie begrotingsjaar | Verschil realisatie versus begr. na wijz. | ||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
(Bedragen x € 1.000) | |||||||||
Baten | 0 | 155 | 211 | 56 | |||||
Lasten | 110 | 237 | 62 | 175 | |||||
Gerealiseerde totaal saldo van baten en lasten | -110 | -82 | 148 | 231 | |||||
Onttrekkingen aan reserves | 110 | 246 | 246 | 0 | |||||
Toevoegingen aan reserves | 0 | 0 | 0 | 0 | |||||
Gerealiseerde totaal resultaat van baten en lasten | 0 | 163 | 394 | 231 |
Een analyse op hoofdlijnen wordt hieronder weergegeven. De werkelijke lasten zijn vergeleken met de raming na verwerkte begrotingswijzigingen.
Omgevingswet (voordeel €159.000)
We verwachten in ieder geval voor het werken aan de Omgevingswet (1-1-2022 t/m 1-10-2022) nog implementatiekosten te maken voor projectleiding, communicatie, juridische ondersteuning, scholing en opleiding, doorontwikkeling DSO en inzet van collega’s in de projecten.
Mobiliteitsplan(voordeel€27.000)
Het offertetraject is afgerond. In 2022 wordt het mobiliteitsplan opgesteld.
Huisvestingsplan(voordeel€32.000)
Voor het project huisvesting zijn voor in totaal €11.000 aan kosten gemaakt in 2021. Daarnaast is in 2021 een subsidie ontvangen ter hoogte van €43.000. Deze subsidie inkomst is een compensatie voor de kosten van de uren van eigen medewerkers die al ingezet zijn in 2019. Per saldo een voordeel van €32.000 in 2021.
Voor een nadere toelichting verwijzen we u naar de analyse van de afwijkingen tussen begroting na wijziging en de realisatie die – conform artikel 28 van de BBV – opgenomen is in de toelichting op de programmarekening.
In onderstaande tabellen zijn de baten en lasten opgenomen die aan dit programma zijn verbonden.
Raming begrotingsjaar voor wijziging | Raming begrotingsjaar na wijziging | Realisatie begrotingsjaar | Verschil realisatie versus begr. na wijz. | ||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
(Bedragen x € 1.000) | |||||||||
Baten | 570 | 1.661 | 2.052 | 391 | |||||
Lasten | 33.740 | 36.611 | 35.401 | 1.210 | |||||
Gerealiseerde totaal saldo van baten en lasten | -33.170 | -34.951 | -33.349 | 1.602 | |||||
Onttrekkingen aan reserves | 546 | 1.780 | 1.514 | 266 | |||||
Toevoegingen aan reserves | 0 | 0 | 0 | 0 | |||||
Gerealiseerde totaal resultaat van baten en lasten | -32.624 | -33.170 | -31.835 | 1.335 | |||||
Voor de verschillenanalyse verwijzen we naar de analyse bij de verschillende onderdelen hierboven |
Een analyse op hoofdlijnen is hiervoor per thema weergegeven.