4.1 Programma Bedrijfsvoering

De kosten van het onderdeel personeel bestaan uit de onderdelen: personeel in vaste dienst, personeel in tijdelijke dienst (inhuur), uitbesteed werk, inkoop van dienstverlening, secundaire arbeidsvoorwaarden en overige aan personeel gelieerde kosten.

De volgende cijfers zijn de werkelijke cijfers per 1 januari 2022:

Aantal fte

• 341,5 fte in dienst
• 49,79 fte extern

Aantal medewerkers

• 361 medewerkers met een vaste aanstelling
• 30 medewerkers met een tijdelijke aanstelling
• 68 externe medewerkers

Man/vrouw verdeling

• 183 mannen in dienst (172,95 fte)
• 208 vrouwen in dienst (168,55 fte)

CAO ontwikkelingen

Onderstaand nemen we de actuele CAO ontwikkelingen op, die van invloed (kunnen) zijn op de begroting:

Thuiswerkvergoeding

Er zijn een aantal onderdelen die binnen het onderdeel personeel vallen, om een beeld te geven zijn hieronder de grootste kostenposten weergegeven:

• Salarissen en sociale lasten
• Inhuur tijdelijk personeel
• Studie- en opleidingskosten
• Teambuilding
• Loonkostensubsidie in verband met afstand tot de arbeidsmarkt
• Overige personeelskosten (arbovoorziening werkplek, consumpties etc.)
• Diensten door gespecialiseerde bedrijven
• Contributies voor personeel
• Flexibele schil

De exploitatie van de  personeelslocaties (gemeentehuis Denekamp, gemeentehuis Tubbergen, de werf in Ootmarsum en de Newtonstraat) zijn opgenomen onder het onderdeel huisvesting.

• Gebruikslocaties:
  • Gemeentehuis Dinkelland
  • Gemeentehuis Tubbergen
  • Gemeentewerf Ootmarsum
  • Newtonstraat Tubbergen
  • Echelpoelweg Weerselo
  • Hanzeweg Denekamp

Huisvesting

Het project huisvesting voor de locatie Dinkelland is in 2022 afgerond. In 2023 ligt de focus op de huisvesting voor de locatie Tubbergen. De komende tijd worden de plannen gemaakt voor de huisvesting in Tubbergen.

Vanaf 2022 betaalt Noaberkracht marktconforme huur voor het gebruik van de verschillende locaties. de hogere huisvestingslasten worden volgens de geldende verdeelsleutel doorberekend naar de beide deelnemende gemeenten. 

Energie

In de begroting 2023 hebben we (nog) geen rekening gehouden met mogelijk structureel hogere kosten van energie.  Uiteraard houden we de ontwikkelingen scherp in de gaten en passen we, indien noodzakelijk, de betreffende ramingen aan.

Het onderdeel huisvesting kent geen verplichte beleidsindicatoren.

Er zijn een aantal onderdelen die binnen het onderdeel huisvesting vallen, om een beeld te geven zijn hieronder de grootste kostenposten weergegeven:

• Gas, elektriciteit, water
• Gebouwschoonmaak
• Bouwkundig onderhoud/reparaties
• Afschrijvingslasten

De kosten van het onderdeel ICT bestaan uit aanschaf, onderhoud en vervanging van alle hard- en software binnen Noaberkracht.

De kengetallen hieronder geven de in 2023 te verwachten aantallen "devices" en abonnementen en beschikbare dekking weer.

Investeringen die in 2023 terugkomen

Vervangingen

• Vervanging hardware serverruimten Tubbergen en Denekamp (EMC-storage, backupvoorziening, Grid en ESXservers)

De hardwarecomponenten die momenteel in de server-ruimten in Tubbergen en Denekamp geplaatst zijn komen voort uit meerdere investeringskredieten verspreid over verschillende jaren. Nu is er een nieuwe techniek beschikbaar waarin de meeste huidige losse componenten in één technische oplossing kunnen worden samengebracht.  Zo is er meer samenhang tussen de losse hardwarecomponenten waardoor er een grotere mate van betrouwbaarheid, beheersbaarheid en capaciteit is ontstaan.  Dit vergt een forse investering die Europees moet worden aanbesteed. Ons streven is om in het voorjaar van 2023 dit nieuwe serverpark in gebruik te kunnen nemen. Om de kosten te kunnen dekken is het noodzakelijk dat de verschillende investeringskredieten worden samengevoegd. Dit kan pas in het begrotingsjaar 2023. De betreffende investeringskredieten in 2021 en 2022 zijn hiervoor reeds naar 2023 doorgeschoven en worden samengevoegd met de in 2023 vrijvallende investeringskredieten. 

Ons streven is om in het voorjaar van 2023 een nieuw serverpark in gebruik te kunnen nemen op basis van deze nieuwe technieken. De financiële dekking hiervoor is aanwezig, maar gespreid over verschillende boekjaren en individuele investeringskredieten. Een aantal vervangingen gaan we daarvoor in 2021 en 2022 doorschuiven naar 2023 zodat in dit boekjaar één nieuw allesomvattend investeringskrediet kan worden samengesteld. Technisch is dit mogelijk. Voor het onderhoud van het Storage Area Network (bak met harde schijven) zal in 2022 wel een aparte verlenging van het onderhoud en het recht op gebruik moeten worden afgesloten.  In het 1e programmajournaal van 2022 komen we hierop terug.

• Vervanging Mobiele telefonieabonnementen 

In 2022 hebben we deelgenomen aan de landelijke aanbesteding voor Mobiele Telefonie van de VNG, genaamd GT-Mobiele Communicatie 3. Uiterlijk 24 januari 2023 zijn alle mobiele abonnementen ondergebracht bij de nieuwe telefoonaanbieder. Per deze datum zijn ook de nieuwe telefoontarieven van kracht.

• Extra investerings- en onderhoudskosten ICT door toename medewerkers in de Backoffice

Vanwege de personeelstoename zijn er extra smartphones en laptops aangekocht inclusief bijbehorende licenties. In de rapportage 2022 is het extra benodigde budget voor 2022 incidenteel geregeld. De kosten voor 2023 en verder zijn als volgt:

• • Jaarlijks structureel onderhoud €36.500
  • Jaarlijkse afschrijvingslast €13.800

Een van de verklaringen voor het toenemende aantal medewerkers is de deelname aan het Generatiepact. Er zijn al nieuwe mensen in dienst genomen als voorsortering op het vertrek van deelnemende medewerkers. Aangezien de stijging van het aantal medewerkers i.v.m. generatiepactdeelname tijdelijk is, zal jaarlijks het aantal medewerkers en de daarbij horende kosten voor onderhoud software en afschrijving hardware opnieuw bekeken worden. 

Het onderdeel ICT kent geen verplichte beleidsindicatoren.

Er zijn een aantal onderdelen die binnen het onderdeel ICT vallen, om een beeld te geven zijn hieronder de grootste kostenposten weergegeven:

• Onderhoud en support ICT software
• Onderhoud en support ICT hardware
• Verbindingen, internet en telefonie
• Diensten gespecialiseerde bedrijven
• Stelposten
• Afschrijvingslasten

Voor ICT wordt gewerkt volgens de beginselen van een ideaalcomplex. Dat wil zeggen dat de totale omvang van de kosten binnen ICT gelijk blijft. Vrijval van afschrijvingslasten wordt toegevoegd aan de stelpost binnen ICT zodat de vervanging (van vooral hardware) op termijn geborgd is.

Onder tractie wordt bij dit onderdeel verstaan alle vervoersmiddelen binnen Noaberkracht. De kosten van al deze vervoersmiddelen bestaan uit aanschaf, onderhoud, vervanging en overige exploitatielasten.

De volgende vervoersmiddelen zijn per februari 2022 aanwezig binnen Noaberkracht:

• 8  Auto's 
• 11 Bussen inclusief riool
• 4 Vrachtwagens
• 7    Tractoren
• 18  Aanhangers
• 6     Strooiers
• 6     Sneeuwploegen

De afgelopen jaren heeft laten zien dat de werkelijke levensduur van verschillende tractie middelen hoger is dan de levensduur waar we mee rekenen waardoor er op rekening basis vaak sprake was van meevallers binnen de exploitatie van tractie. Door de afschrijvingstermijnen in overeenstemming te brengen met de werkelijke levensduur ontstaat er ruimte binnen de exploitatie van tractie. Middels een opnieuw vastgestelde financiële verordening ex. Artikel 212 Noaberkracht, waarin de afschrijvingstermijnen worden vastgelegd, zijn deze afschrijvingstermijnen aangepast. In de onderstaande tabel is uitgegaan van deze nieuwe afschrijvingstermijnen. Het voordeel dat hierdoor is ontstaan is aangewend ter invulling van de aanvullende extra taakstelling op Noaberkracht.

De vervanging van tractiemiddelen vindt in principe plaats op basis van het jaarlijkse vervangingsschema. Echter, er wordt wel kritisch gekeken naar de technische staat van de voertuigen.  Bij de tractiemiddelen die nog in goede staat zijn kan er voor worden gekozen om vervanging een jaar op te schuiven. 

Het onderdeel tractie kent geen verplichte beleidsindicatoren.

Er zijn een aantal onderdelen die binnen het onderdeel tractie vallen, om een beeld te geven zijn hieronder de grootste kostenposten weergegeven:

• Klein gereedschap, materieelaankoop
• Gas
• Brandstof voertuigen
• motorrijtuigenbelasting en verzekering voertuigen
• Onderhoud/reparatie voertuigen
• Huur van roerende zaken
• Stelposten
• Afschrijvingslasten

Voor Tractie wordt gewerkt volgens de beginselen van een ideaalcomplex. Dat wil zeggen dat de totale omvang van de kosten binnen Tractie gelijk blijft. Vrijval van kapitaallasten wordt toegevoegd aan de stelpost binnen Tractie zodat de vervanging op termijn geborgd is.

Onder dit onderdeel zijn de kosten van de zogenaamde overige goederen en diensten verantwoord. Hierbij moet worden gedacht aan facilitaire kosten, contributies, portokosten, onderhoud van gebouwinstallaties.

Er zijn geen kengetallen voor het onderdeel goederen en diensten, overig.

Leaseauto's

Noaberkracht heeft de laatste jaren een aantal leaseauto's in gebruik voor dienstreizen en het reizen tussen de drie locaties. Er wordt onderzocht of het een optie is om deze leaseauto's in 2023 te vervangen door elektrische leaseauto's. Het onderzoek zou in 2020 plaatsvinden zodat de elektrische leaseauto's eventueel in 2021 aangeschaft konden worden, maar als gevolg van corona is het project twee jaar opgeschoven.

Bureaubenodigdheden en portokosten

Noaberkracht probeert de kosten voor bureaubenodigdheden en portokosten zo laag mogelijk te houden. Dit gebeurt vooral door medewerkers bewust te maken van de kosten en te wijzen op andere opties die er zijn. Zo is het doel om zo weinig mogelijk antwoordenveloppen te gebruiken in verband met de kosten hiervan. In 2021 hebben we gezien dat de portokosten gestegen zijn. Dit geldt ook voor de kosten van 24-uurs post. Daarom wordt post niet direct de volgende dag verzonden als dit niet noodzakelijk is. In 2023 blijft dit het streven. 

Aanbesteding Schoonmaak

Op 31 december 2023 verloopt de schoonmaakdienstverleningsovereenkomst voor de gemeentewerf in Ootmarsum en de gemeentehuizen in Tubbergen en Denekamp.  In de loop van 2023 zal er middels een aanbesteding een nieuwe dienstverlener worden gezocht voor deze schoonmaakdienstverlening.

Het onderdeel goederen en diensten, overig kent geen verplichte beleidsindicatoren.

Er zijn een aantal onderdelen die binnen het onderdeel goederen en diensten, overig vallen, om een beeld te geven zijn hieronder de grootste kostenposten weergegeven:

• Bureaumaterialen en andere facilitaire kosten
• Klein gereedschap en materieelaankoop
• Brandstof voertuigen
• Onderhoud/reparatie
• Contributies
• Portokosten
• Verkoop kleine gebruiksgoederen

Binnen Noaberkracht lopen verschillende projecten die zowel inhoudelijk als financieel in dit onderdeel worden toegelicht. Voor het jaar 2023 is er één project bekend op dit moment: Omgevingswet.

Er zijn geen kengetallen voor het onderdeel projecten.

Omgevingswet

Vanuit het project Omgevingswet wordt er via een aantal lijnen gewerkt aan de implementatie. Er wordt gewerkt aan de Omgevingsvisie, de voorbereiding op de implementatie van het Omgevingsplan, het aansluiten op en inrichten van het Digitaal Stelsel Omgevingswet en het aanpassen van de werkprocessen. In begin 2022 kwam het bericht dat de inwerkingtreding wederom doorgeschoven wordt. Op moment van schrijven is nog niet duidelijk op welke datum de wet inwerking zal treden.

Na alle voorbereidingsactiviteiten werken we nu volgens twee sporen, namelijk focus op inwerkingtreding in het spoor van “werken AAN de Omgevingswet” en  vervolgens in het spoor “werken MET de Omgevingswet”, de implementatie en inbedding van het juridisch stelsel, de doorontwikkeling van het DSO, en doorontwikkeling van het samenlevingsgericht werken.

Voor het werken MET de Omgevingswet willen we de volgende resultaten opleveren tussen nu en 2029:

• Het beheer, onderhoud en actualisatie van de Omgevingsvisie is geborgd in de organisatie;
• De Routekaart 2022-2029 waarin de aanpak en ontwikkeling van het Omgevingsplan en de beleidscyclus voor de Omgevingswet opgepakt wordt en de basis vormt voor het Omgevingsplan, dat tot 2029 wordt uitgebouwd tot het Omgevingsplan nieuwe stijl;
• Het samenlevingsgericht werken en denken vanuit de inwoner onder de Omgevingswet vertalen en toepassen;
• Het verbeteren van het opgestelde werkproces om binnen de gevraagde termijnen in samenwerking met de ketenpartners de juiste dienstverlening te leveren;
• Het realiseren en implementeren van een uitgewerkte en beproefde aanpak voor participatie.
• Doorontwikkeling van het DSO t.b.v. de optimalisatie van de dienstverleningen en digitalisering.

Het onderdeel projecten kent geen verplichte beleidsindicatoren.